Eind 2017 liep het project ‘Alternatieve methoden voor de preventie of behandeling van een knelpuntziekte in de biologische geiten- en rundveehouderij in Vlaanderen’ ten einde. Het project bestond uit 2 luiken. Het 1ste luik focuste op de maagdarmworm (MD) problematiek bij runderen. Het 2de luik ging in op de longproblematiek bij de geitenlammeren. Voor beide ziekten hadden de veehouders zelf aangegeven dat deze problematieken op regelmatige basis leiden tot het gebruik van chemische geneesmiddelen.
laatste nieuws
De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu kent toelagen toe voor wetenschappelijk onderzoek ter ondersteuning van het beleid inzake voedselveiligheid en dieren- en plantengezondheid. Alle Belgische onderzoeksinstellingen kunnen op deze oproep inschrijven.
Naast een oproep voor onderzoeksprojecten rond vastgelegde thema’s (RT: Targeted Research) is het mogelijk onderzoeksvoorstellen in te dienen rond onderwerpen door onderzoekers zelf bepaald (RF: Free Research).
Het CORE Organic Cofund consortium bestaande uit 26 partners uit 19 landen lanceerden in december 2016 een nieuwe oproep voor Europese transnationaal onderzoeksprojecten met als doelgroep de Europese biologische landbouwsector. Twaalf nieuwe projecten uit 33 voorstellen werden door het COREOrganic Cofund ERANET consortium geselecteerd voor financiering.
De geselecteerde voorstellen zijn verdeeld over 4 thema’s:
Biologische kasteelt in Europa gebeurt op verschillende schalen en intensiteiten waarbij de hoog-intensieve producenten sterker onder druk staan om het duurzame karakter van hun bedrijf te vrijwaren. Desalniettemin kunnen er weerbare, minder-intensieve biologische productiesystemen opgezet worden met als doel het jaarrond leveren van kwalitatieve en lekkere groenten door de toepassing van agro-ecologische teeltpraktijken. Een belangrijke factor bij deze systemen is het behoud van een goede bodemgezondheid en het verbeteren van de bodemvruchtbaarheid.
Grasklaver (vers of ingekuild) kan toegepast worden als maaimeststof in open lucht- en beschutte teelten. ILVO, Inagro, PCG en UGent onderzochten de voorbije jaren het effect van maaimeststoffen op de gewasopbrengst en bekeken daarbij of de diepte waarop de maaimeststof met de bodembewerking wordt ingebracht in de bouwvoor een invloed heeft op de afbraaksnelheid van de meststof in de bouwvoor, en daarmee op zijn stikstofwerking.
Ter gelegenheid van BioXpo 2017 nodigde het Vlaams BioKennisNetwerk zijn partners uit op de beursvloer. Ze stelden een aantal van hun actuele onderzoeksthema’s voor biologische landbouw en voeding voor op een kennisplein in de vorm van posters. De gepresenteerde posters werden gebundeld in een publicatie ‘Onderzoek biologische landbouw en voeding 2017: een greep uit de Vlaamse onderzoeksthema’s ter gelegenheid van BioXpo 2017”.
Op 1 oktober ging het project ‘KUILLEG’ van start. Dit project beoogt het maximaliseren van het gebruik van regionale eiwitbronnen meer specifieke in de biologische leghennenhouderij. Uit een recente samenwerking tussen Inagro, ILVO en het Proefbedrijf Pluimveehouderij is aangetoond dat veldbonen en erwten mogelijke peulvruchten zijn die dienst kunnen doen als alternatieve eiwitbron. Echter de aanwezigheid van anti-nutritionele factoren (ANF) zoals tannines, glycosiden (zoals vicine en convicine in veldbonen), trypsine, en protease inhibitoren en een lage ileale verteerbarheid van methionine en cysteïne van peulvruchten maakt dat veldbonen slechts in beperkte mate in het rantsoen van pluimvee kan worden toegevoegd. Het verwerken van deze veldbonen en deze gaan combineren met granen is een mogelijke oplossing om deze ANF te reduceren en de mogelijke tekorten aan aminozuren (AZ) weg te werken.
ILVO en Inagro nemen deel aan het ‘Europees thematisch netwerk’ AFINET en brengen zo hun expertise inzake boslandbouw (of agroforestry) binnen in een kenniscluster met 13 partners uit 9 landen of regio’s (Spanje, het Verenigd Koninkrijk, België, Portugal, Polen, Hongarije, Italië, Frankrijk en Finland). AFINET is gefinancierd via het H2020-programma van de Europese Commissie, met in totaal €2.000.000. Elk deelnemend land kiest een regionaal belangrijke onderzoeksfocus. In Vlaanderen is gekozen om verder te werken op diverse types agroforestry met fruit- en notenteelt. ILVO en Inagro coördineren de Vlaamse RAIN en verzorgen de relaties binnen het regionale netwerk en de uitwisseling van kennis met de andere partnerlanden binnen het project.
De combinatie vleeskippen en korte-omloophout is grotendeels een succesverhaal”, zegt ILVO-UGent onderzoekster Lisanne Stadig aan het einde van haar doctoraatsstudie. “De beplanting, in dit geval wilgen, zorgt voor een betere beschutting dan bijvoorbeeld afdakjes, waardoor de kippen hun uitloop beter gebruiken. De kippen krijgen dus meer ruimte en beweging, en dat zorgt voor geler, malser en minder vezelig vlees. Bovendien kan de productie van korte-omloophout een extra bron van inkomsten betekenen voor de pluimveehouder.” Om het uitloopgebruik van de kippen op te volgen, werd een automatisch positiebepalingssysteem ontwikkeld voor de kippen.